donderdag 31 januari 2008

oefening

Nog vlug iets proberen voor het eten. Ik ben nuttig gewesst voor mezelf vandaag. Eindelijk iets bijgeleerd. Saai. Waarom zou ik hierover vertellen?

De kanarie kwam het café terug binnengewandeld met de vraag: 'Heeft er iemand mijn gas gezien?'

Kijk, dat was een staaltje spontane (en ook zwakke) zever. Het probleem is dat de goeie zever even spontaan komt.

De meivis kwam het café binnengevlogen en sprak: 'Excuseer, mijnheer, sorry dat ik u stoor, maar zou ik hier alstublieft ergens kunnen kakken?'

Zowaar, het wordt enkel nog zwakker. Meestal is het echter zo dat op momenten dat ik denk: 'Dit wordt alleen maar zwakker', dat net dan de beste zever komt boven drijven.

De visarend kwam het café binnengezwalpt en oreerde: 'Als het aan mij lag, had ik jullie allemaal getrakteerd.'

Neen, zo kom ik er niet. Het beweegt zich nog verder uit de buurt van grappig. Best dat ik er mee ophoud.

De meerkat kwam het café binnengedonderd en brulde: 'Red de muis, eet meer kat!'

Ah, etenstijd. Zo komt het toch nog een beetje uit. Niet dat ik daarmee iets win, maar toch, hé, snapt ge, hé, wette wattak bedoel, nee, klet, laat dan,...

dinsdag 29 januari 2008

Wat is tees nu weer...

Ideaal is het niet. Maar het vult wel. Die korte gaatjes kan ik onmogelijk met stukken thesis vullen. Beter, inderdaad, uit mijn nek lullen. En rijmelen, kwijmelen, zwijmelen,... Ik heb een natuurlijke rijmwoordenboekfunctie ingebouwd in mijn hoofd, die ik dan onbewust aanzet tijdens het zeveren. Helaas is een rijm dikwijls niet grappig, veel humor zal ze niet opleveren. Zeker in deze prozaïsche vertelvorm valt het amper op. Van de regen in den drop. Het neigt naar het fixkesiaanse, die drang om alles te doen uitkomen. Zo bepaald het toekomstige rijm eenvoudigweg het volgende onderwerp waarover ik zal doorbomen. Alleen de eerstvolgende zin moet dan weer voor een nieuw elan zorgen. Op die manier kan ik nog doorgaan tot morgen. Zal ik, in navolging van die Duitser, 11 dagen aan een stuk rijmen? Hoe debiel moet dat niet zijn.

Ik ben trouwens mappen in een koffer aan't leggen. Ben ik blij dat ik al die wiskunde daarvoor heb gestudeerd. Leve de oubollige meritocratie! 't Wordt toch tijd dat ze het schoolgegeven eens herzien. Ik lachtte gisteren met die McDonalds-diploma's, maar in feite is dat goed gezien. Er wordt op die jaren unif/hogeschool zo inefficiënt met tijd omgesprongen. Mumumumumuuuu *sarcastisch toontje (omwille van mijn eigen gezeik)*

Nah, this sucks balls.

weirdop

Ik zag mijn wieldop rollen. Dat moet de eerste keer zijn. Dat ik het zie, tenminste. De klap waarmee ik de borduur raakte was dan ook luid. Van slag was ik terug vijf minuten nuchter, net lang genoeg om naar huis te geraken.

Dit is natuurlijk niet goed te praten. Ik rij zo vaak onbewust naar huis, 't Is een mirakel dat ik nooit iets erger voorheb. Nog frappanter is dat het me, zelf nu, zo weinig kan schelen. Alsof ik immuun ben voor accidenten, dat het altijd bij een waarschuwende wieldop zal blijven.

Vanavond is dit weer allemaal vergeten. Dan drink ik gezellig een pint na de voetbal. Mooi zo!

maandag 28 januari 2008

samenvatting van 3,5 uur.

Anderhalf uur op het werk. Ondanks de vriendelijke vraag of er iets te doen was, heb ik nog geen opdracht gekregen. Mijn vermoedens lijken gesterkt: ze weten met mij geen blijf. Ik heb geen enkele functie in dit bedrijf, enkele een vage toekomstige. Die kunnen ze me nu nog niet opdringen, maar toch zit ik hier. Zitten is zo ongeveer het enige dat ik onopgemerkt kan doen. Terwijl rondom mij mensen zwermen, vreemde termen. Ik typ dit enkel en alleen om clandestien te blijven. Dit toneel moet ik nog twee uur volhouden. Het blijft een vreemde ervaring. Geld verdienen om niets te doen en niet eens gelukkig zijn. In mijn achterhoof hoor ik al geroddel over mijn functie binnen het bedrijf. Wat kan die? Wat doet die? Ik begin zo stilaan te denken dat ik beter inter gerimd had. Dan hebben ze je meteen nodig en heb je een duidelijk omschreven taak. Dit hier lijkt me eerder op in een wachtzaal zitten van een dokter die op vakantie is.

Arbeidsethos, het was een vaag begrip, maar ik kan er mij stilaan wel een beeld van vormen. In dit geval is het wel abnormaal. Waarom namen ze me dan aan? Is dit een kleine blunder van de HR, of mag ik er meer achter zoeken? Want als je uren de tijd hebt om te malen op slechte gedachten, tja, dan doe je dat ook op den duur.

Kom, iets vrolijks dan. Er was eens een oude scheidsrechter. Hij ging fluitend door het leven. Op een dag gaf hij een bal, maar hij geraakte zelf niet aan een kaart. Einde.

Dit alles heeft me weer een kwartier respijt gegeven. Mijnheer baas kwam hier zelfs binnengewandeld, maar gaf geen gehoor aan mijn overduidelijke verveling. Wat kan ik nog meer doen? Wat zouden ze aanleren in ‘Assertiviteit 101’? Neem het heft in handen! Spreek iemand aan! Doe zelf een voorstel! Huh? Ik wordt hier tewerkgesteld en men zegt mij niks. Ik vraag of ik iets kan doen en men zegt mij niks. Moet ik dan echt op het werk mijn thesis schrijven? Ik zou zo onderhand niet eens abnormaal vinden. In zulk een resultaatgerichte omgeving is het zelfs voor mij niet moeilijk om productief te zijn.

Hé, een kans op werk? Gimme, gimme, gimme!

Niks. Zelf geen steelse blik.

Cryostasis, dat zou me nu nog afgaan. Me effe in de vriezer zetten en me laten ontdooien indien nodig. Nu zit ik me, dat is nu wel duidelijk, onnodig druk te maken.

Derde entree. Ik luister naar zijn gesprek. Ik kan niet volgen. Ik stel de vraag die op mijn lippen brand. Antwoord: ’t is een lastige periode. Dat had ik wel door ja. Ik verwijt hier niemand, hoor. Iedereen verzuipt in zijn taak, zijn radertje dat in het grote mechanisme moet passen tegen eind januari. Ik kan in principe enkel zien dat ik niet in de weg loop en dat ik hoogstens ‘help waar het kan’.

Oef, mijn nutteloosheid is eindelijk gerechtvaardigd. Nu kan ik opnieuw de duimen invetten om er nog vijf uur mee te draaien. Anderhalve meter voor mij zit iemand echt te werken.

Initiatief nemen. Ga ik zelf achter werk op zoek? Ik lees immers geweldig hard tussen de lijnen. En ik heb al lang genoeg door dat er voor mij in deze periode niets weggelegd is, noch onder Lukas, noch onder Guido. Op de middag eens gaan horen bij Jan, of Herman. Of Zhang.

Oei, nog een uur en tien minuten te gaan tot de rust.

Nog een uur, en dit waren de tien langste minuten van de ochtend. Heel even leek ik nergens meer voor te gaan. Ik ga me straks ergens anders zetten. Eerst eens polsen bij J H (familie van Tony?). Yo, Hermz, niks te shizzelen, dawg !?

Aha, een nieuwe telg in het DEME-kroost kwam binnengewandeld. Ze kan zo naar Angola (u weet wel de zus van Pär, Mon en Paula Gola). Angola, Luanda. Dat spreekt voor zich. Goeiedag, ik ben Wim en ik ken alle hoofdsteden en ik zoek werk. Allez, niet alle hoofdsteden. Mijn pijnpunten zijn de Caraïben en Polynesië. Verder ken ik ze allemaal. Dikke zever, nietwaar? En toch ben ik er fier op. Vooral Afrika heeft moeite gekost. En de Stannen, natuurlijk. Naypyidaw was ook geen makkelijke, in tegenstelling tot Bandar Seri Begawan of Antananarivo. Afrika telt iemmers vele kleine landjes waar niemand om maalt (ook niet om de grote landen, eigenlijk). Malawi (Lilongwe), iemand? Of Djibouti (Djibouti stad)? Of het schitterende Sao Tome & Principe (Sao Tome)? De gemiddelde mens weet volgens mij enkel de Maghreb-hoofdsteden, Kinshasa, Dakar en als toemaatje Pretoria. Wat dan met Swaziland (Mbabane) of Lesotho (Maseru), de twee landomgeven staatjes in Zuid-Afrika. Om niet te spreken van Lusaka, Luanda, Yaoundé, Porto Novo, Libreville, Freetown, Monrovia, Bissau, Banjul, Conakry, Accra, Abidjan, Abuja (niet Lagos), Nouakchott, Bangui, Niamey, Khartoem, Addis Abeba, Dar es Salaam, Nairobi, Gaborone, Harare, Windhoek, Praia, Victoria, Mayotte, St. Denis, Port Louis, Moroni, Kampala, Kigali, Bujumbura, Mogadishu, Asmara, Bamako, Ouagadougou, Malabo, Lomé, Ndjamena, Brazzaville. Cairo, Tripoli, Algiers, Tunis en Rabat acht ik gekend.

Azië en Europa ken ik gans, dus, tot zelfs het officieuze Transnestrië (Tiraspol), en de Stanstaten (Dusjanbe, Bisjkek, Tasjkent, Asjchabad, Astana). De dwergen (Vaduz, Valletta, La Vella, Podgorica, Chisinau, Brussel, San Marino, …).

Verschrikkelijk stom voel ik me nu. Nog een kwartier te gaan en dan heb ik er drie en een half uur niets opzitten. Werkelijk niets. Enkel een nogal pover matchverslag voor de voetbalploeg. Dat staat nu keurig op de site. Ik heb het nu al vier keer gelezen. Het blijft best interessant. Het zou wel een pak helpen mocht ik meteen na de match de belangrijkste fases neerpennen. Maar na de match heb ik vooral dorst.

Zelf my main man Hermz weet met mij geen blijf, en dit voor de rest van de week. Wicked…

Drie en een half uur niets.

vrijdag 25 januari 2008

trapdoor

Ja, met de voet is alles terug betrekkelijk goed. Nu zit ik met kopppijn dankzij een laaghangende zon. Misschien toch even zeggen dat het nu wel aangenaam druk is. Hetgeen ik nu zit te typen, gebeurt tijddens mijn middagpauze. Ahh, koppijn. Ik wil effe geen cijfer meer zien. De kans is helaas onwelvoeglijk groot dat ik binnen dit en een kwartier weer lig te puzzelene met cijfers. Nooit een verwoed puzzelaar geweest.

hopelijk kan ik hier rap doorgaan, kwestie van hier rap door te gaan. Doorgaans ga ik rap door.

woensdag 23 januari 2008

verrek!

Jawel, alweer mijn poot omgeslaan op training. Niemand in mijn buurt, geen enkele dreiging en dat *wring*. Laat ik de foute beweging eens ontleden: Ik beweeg voorwaarts, ergens tussen lopen en stappen. Ik zit dus met een lichte twijfel of ik verder op mijn tippen, dan niet mijn zool zal lopen. Ik plant mijn linkertip in de grond. De zool zijgt normaal rustig neer achter die tip, maar door een onderschatting van mijn voorwaartse beweging poogt die zool om neer te komen zo ergens links naast die tip. Dit is natuurlijk fysionomisch niet aan te raden. De enkel wordt door een dynamische energie van zo'n 85 kilo gedwongen om deze beweging alsnog uit te voeren en laat op die manier alle ligamenten aan hun lot over. Komt daar nog eens bij dat die plotse pijnscheut voor een reflexbeweging zorgt die de verrekking enkel nog erger maakt.

Gevolg: vandaag kan ik mijn kleine tenen niet pijnloos opheffen en voorts heb ik een buil bovenop mijn voet. Kalm aan dus opdat ik fit geraak voor VPRLW. Vragende Prang: Recupereren Ligamenten Wim? Gezever...

dinsdag 22 januari 2008

De 4 betekenissen (in werkelijkheid 5)

Wegwezen. Ja, daar kan je alle kanten mee uit. Ik tel vier betekenissen.

Eén. Het commando. Het 'ik beveel', dus. Het geeft aanzet tot het ledig achterlaten van de tot dan toe gevulde ruimte, zonder daarbij een richting te specifiëren. Een aansporing tot het creëren van een lokaal mensvacuüm.

Twee. De maatschappij die instaat voor de beweging van het land. Ik weet echter niet wat hun beweegredenen zijn. Ze zijn niet te verwarren met het wegwijzerwezen, een feodale wegbewijzeringsmaatschappij met aan het hoofd een wegwijzerkeizer.

Drie. Ouderloze kinderen die op of aan de kant van de weg leven. Krijgen vaak door voorbijgangers schertsend de eerste betekenis naar het hoofd geslingerd en volgen angstig de grillige beslissingen op van de tweede betekenis. Per definitie is elke wegwees een gewezen niet-wegwees, ofte een ordinair wegkind. 'Onder wezen van de weg, altijd weg', zoals het spreekwoord luidt, waarmee men bedoelt dat als je onderwijs geniet op de straat, je dan altijd je weg vindt, maar niet de straat. .

Vier. Een geanimeerd object (een wezenlijk verschil met een dood object, en dus in wezen een doodgewoon levend wezen) dat zijn biotoop deelt met voormalige wegkinderen. Onderzoek heeft uitgewezen dat hij/zij een koelbloedig moordenaar is. Het is dus aangewezen snel weg te wezen, als je met dit wezen het pad kruist. De kruisweg is er niks tegen, wegens irrelevant als vergelijkend materiaal en enkel van nut om deze tekst nodeloos te rekken. Dagelijks wordt er wel ergens een wezenlijk opgevist. Een verdere wegwijs in het bestaan van dit onwezen, vindt u in het naslagwerk 'Wegwezen in Vlaanderen'.

Vijf. Foute zegswijze voor 'wegwijzers' bij het tegelijk willen uitspreken van 'wegwijzer' en 'Irakezen'.

Zo is eens te meer bewezen dat de tijd traag wegtikt op mijn werk. Neemt niet weg dat ik er veel wijzer van werd.

woensdag 16 januari 2008

Egel

5 kopies gemaakt, alle 5 geklasseerd (een eufisme voor 'weggestoken'). En nu al een uur met de moed der wanhoop het internet aan het afschuimen, op zoek naar sites die én interessant zijn én geen media bevatten. Jawel, dit is de drukste periode van het jaar, met de meeste stress. Ik zie het. Nog even en ik krijg weer last van nietsdoe-stress. Een zeldzaam geval van psychose dat gedijt in in lamlendige habitati (habitata? habitatten?). Echt, ik haat dit. Desnoods help ik de meisjes van de personeelsdienst met eender wat. Maar dit is te ridicuul. Mapje halen, blaadjes kopiëren,... Ik vraag me af of ze me niet gewoon gaan laten gaan. Nog effe die opleiding genieten, er een beetje mee werken en dan een maand of 2 naar huis. Hier hebben zij noch ik iets aan. Nu zit ik hier enkel en alleen mijn Duvels van gisteren te ontgisten, hetgeen net zo goed vanuit mij luie bedstee had kunnen gebeuren, een paar liter naft rijker.

Toch wel grappig hoe een mens ineen zit. Wat houdt mij in dit geval op mijn stoel? De gedachte aan toekomstig geld, de premisse dat 'arbeid adelt', de tegenzin voor de lange terugrit, het gevoel dat ik hier heel misschien vandaag nog van nut kan zijn. Vooral het eerste en het laatste krijgen een grote waarde toegemeten en winnen, zij het nipt van de argumenten contra, zijnde: vrijheid, drang tot luid scheten laten, slaap, schabouwlijk tekort aan koffie, huiselijke geborgenheid, zapmarathons, filmpjes, thesis,... In dit geval zou het laatste de meeste waarde toegeschreven moeten worden.

De vis valt niet langer dan de vogel. De kip kapt niet korter dan de kogel. Egel.

De echt baanbrekende zever lijkt er ook vandaag niet uit te komen. Die komt namelijk zo sporadisch, dat het niet anders dan toeval kan zijn.

Ha, iets te doen.

vrijdag 11 januari 2008

Met verve vervelen

Tijd om nog wat gezanik van de beginnende werkmens te spuien.

Zo'n werkweek duurt lang. Zelfs nu op vrijdag aangekomen lijkt het alsof ik morgen weer aan de bak moet. Ergens klopt dat wel, zij het dan op het voetbalveld. Ha, de flauwste woordspeling tot nog toe van het hele jaar. Ik zal ze proberen te overtreffen. Ik had ergens nog een goeie maar ze is mij ontgaan. Woordspelingen zijn en blijven nu eenmaal tijdsgebonden. Zo mogen dan nog zo geniaal lijken op het moment zelf, zodra er een andere gedachte tussenkomt, is ze helemaal vervlogen. De efemeriteit ervan is natuurlijk de charme, net als de spontane aard. Je kan onmogelijk een goed gesprek beginnen door te zeggen: 'Hé, ken je die woordspeling al?'. Dit zuig ik niet uit mijn duim, dit heb ik empirisch onderzocht. De teneur na die opener is hoogst ongemakkelijk. Daarom wend ik het nu uitsluitend aan om onbekende mensen te shockeren.

...

Verdomme, normaal vloeien ze als vanzelf binnen, die doldwaze woordspelingen. En toch zal ik voortgaan! Er is immers niks te doen op dit moment, een soort technische werkloosheid. Dus vul ik lijntjes. Ik lapzwans er maar op los. Helaas is deze werkgerichte omgeving geen goede voedingsbodem voor onnozelheid. Er groeien enkel mappen, kopies en kopies van kopies. Ik zal op zoek moeten gaan naar die zorgvuldig verborgen kunstige schimmels die er ongetwijfeld zijn. Dan kan ik ze komisch in kaart brengen tot meerdere glorie van de goegemeente.

...

We zijn nu een klein uur verder (ja, zo traag typ ik), en ik kan nog steeds niets doen. Op deze manier heb ik toch de indruk dat ik iets gedaan heb. Wa ne zever... Mijn Hollandse colleychaa dwingt mij onbewust tot het gebruik van de meest spastische mengvorm van Vlaams en Hollands ooit aanhoord. Op zulke momenten wou ik dat ik een achterlijke West-Vlaams boerengespuis was à la Gringo, die zonder probleem zijn thuiselijk accent verzaken kan om een fantastisch nep-hollands ten berde te brengen.

...

Alweer een half uur verder. Ik heb 10 kopieën genomen. Wow. Straks alweer een update met breaking news van deze spannende werkdag.

...

En jawel, het is in orde. Anderhalf uur $$$ voor ___

woensdag 9 januari 2008

Hoe genoten?

Wat een wereld van verschil. Ik ben gewend van te zitten niksen. Zodanig zelfs dat ik er een diploma voor zou moeten krijgen. De manier waarop ik uren bijeen genikst heb, is ronduit verbluffend. Nu heb ik echter nog een zaligere vorm van niksen ontdekt: de betaalde vorm. Op dit eigenste moment zit ik hier mijn blog aan te passen terwijl twee onwelriekende Cyprioten naast mij hun nikkel aan het afdraaien zijn. Het leukste van al is dat er geen stoelen meer zijn, zodat zij moeten rechtstaan en ik de comfortabele bureaustoel inpalm. Nog een klein kwartier nauwelijks faken dat ik niks doe en ik ben pleite.

Niet dat ik niks gedaan heb vandaag. Ik heb zelfs veel genoten. Gesteld dat 'nieten' een sterk werkwoord zou zijn. Nieten, printen, faxen, nakijken; daar kwam het op neer. Morgen hopelijk toch iets serieuzer. De cyprioot naast mij begint het zo stilaan op zijn systeem te krijgen. 't Is niks, manneke, ge zult wel meer verdienen.